kennisbank item

Merken en het omgaan met activistische mediaprogramma's

Publicatiedatum: 23 | 10 | 2019
Delen:

Activistische media hebben de rol in de samenleving overgenomen van de maatschappelijke organisaties. Programma’s als Radar, Kassa, De Opstandelingen, Zembla en Argos tonen zich steeds meer als de belangenbehartigers van de Nederlandse burger. En zelfs Nieuwsuur heeft inmiddels de verslaggeving ingeruild voor het zelf willen maken van het nieuws. Want de nieuwsvoorziening is overgenomen door social media.

Veel merken worstelen met de wijze waarop ze moeten omgaan met de rol die deze media inmiddels spelen en de druk die ze kunnen uitoefenen. Zo was Thuisbezorgd onlangs nog de kop van jut in een uitzending van Radar. En eerder gebeurde dat onder meer met Parkmobile. Dergelijke optredens leveren veelal ongemakkelijke televisie op vanuit het perspectief van de gedaagde. De presentatoren van dergelijke programma’s hebben natuurlijk ook het voordeel van de ervaring, de techniek en de kracht van de emotie van de incidenten.

De rol van media

Gelukkig hebben we in Nederland vrije journalistiek. Media zijn onafhankelijk, hebben autoriteit en worden als geloofwaardig beschouwd door de consument. Klassieke media, zoals dagbladen, radio en televisie, behoren nog steeds tot de meest vertrouwde zenders in communicatie. Daar kan geen reclame tegenop. Journalistieke media zijn de snelste en meest geloofwaardige weg naar jouw doelgroep. Maar deze media vervullen van oudsher ook de rol van de ‘waakhond’ namens de samenleving. En dat is een zeer belangrijk goed in een vrije democratie.

Open houding

Zorg ervoor dat je in beginsel altijd een open houding hebt naar media. Dat betekent niet dat je overal altijd aan mee hoeft te werken. Media hebben plichten, zoals dat ze onafhankelijk en waarheidsgetrouw moeten berichten. En als merk en geïnterviewde heb je ook rechten. Zo staat het je vrij om bijvoorbeeld niet mee te werken aan een interview en om vooraf te weten wat er in een interview besproken gaat worden. Ook heb je het recht om soms geen antwoord te geven op een vraag. Licht wel altijd toe waarom je dat niet kunt doen. Datzelfde geldt bij het besluit niet mee te werken aan een interview. Transparantie heeft ook geaccepteerde grenzen, zoals in het geval waarin de privacy van betrokkenen wordt geschaad of als het om concurrentiegevoelige informatie gaat. Maar leg uit waarom je dan niets zeggen kunt.

Samenwerken of niet?

Merken worstelen zeer met de vraag of ze wel of niet moeten meewerken aan deze activistische mediaprogramma’s. Wat ook begrijpelijk is, gelet op de negatieve ervaringen die men ongetwijfeld eerder van andere merken heeft gezien. Het vereist ook een zorgvuldige afweging. Stel jezelf bijvoorbeeld de volgende vragen wanneer je een aanvraag krijgt: welk medium is het en wat willen ze precies, wat is het doel van het item, krijg ik inzicht in alle problemen of klachten, wat zijn de vraagpunten, wat wordt de setting aan tafel, is het live of gemonteerd, hebben we nog invloed op het eindresultaat en kunnen we het oplossen? Kortom je gaat niet over een nacht ijs. Het moet duidelijk zijn wat je er te winnen en te verliezen hebt en of je de ruimte krijgt om jouw kant van het verhaal te vertellen. En als je besluit te gaan dan zal je nog moeten nagaan wie de meest geschikte woordvoerder is.

Krijg je geen bevredigend antwoord op deze vragen werk dan niet mee en kies jouw eigen communicatie-offensief.

Verdedigen vaak devies

Te vaak werken merken mee aan een activistisch programma vanuit de insteek ‘ik zal ze wel eens even uitleggen hoe het precies in elkaar zit en laten zien dat we gelijk hebben’. Vanuit een rationele verdediging dus en dat is een kansloos vertrekpunt. Deze programma’s zijn er immers op gericht om het probleem van de gedupeerden of slachtoffers op te lossen. De controversie staat centraal. Bovendien is de tijd voorbij van ‘gelijk hebben is gelijk krijgen’. De polarisatie en emotie overheersen ook in de media. Het is dus belangrijk dat je je realiseert dat je op enigerlei wijze een handreiking zult moeten doen als jouw merk in de ‘beklaagdenbank’ zit. En word je gevraagd om het probleem van een ander merk te vergroten, dan moet je goed nagaan wat dat je uiteindelijk brengt. Het maakt je niet altijd sympathiek en je weet dat die boemerang een keer terugkomt.

Hoe kan het beter?

Besluit je mee te werken aan deze programma’s neem dan altijd als uitgangspunt dat je het probleem oplost en het perspectief van de gedupeerde centraal stelt. Deze zes tips helpen je om dat succesvol te doen:

  1. Voorbereiding: bereid je zeer goed voor op de uitzending. Ken de feiten en laat je trainen. Maar wees uiteindelijk altijd jezelf en dus authentiek.
  2. Kwetsbaar: kies voor een bescheiden en mogelijk zelfs kwetsbare opstelling. Zeker als er zaken zijn misgegaan. Arrogantie is dodelijk.
  3. Empathie: laat empathie of zelfs compassie zien voor de gedupeerden of slachtoffers. En dat mag niet gespeeld zijn.
  4. Begrip tonen: toon begrip voor de boosheid of teleurstelling bij de gedupeerden of slachtoffers. Als je dat niet doet krijg je geen ruimte om het gesprek aan te gaan.
  5. Verbinding: zorg voor verbinding in plaats van verwijdering in het gesprek anders krijg je het probleem niet van tafel. Zoek dus naar het gemeenschappelijk belang.
  6. Oplossing: kom altijd met een oplossing. Anders heeft het geen zin om er te gaan zitten. Zelfs als je meent in jouw recht te staan of als de consument een product verkeerd heeft gebruikt.

Maak je niet afhankelijk

Maak je tenslotte nooit afhankelijk van de media-uitzending zelf. Je weet immers niet honderd procent zeker hoe deze gaat aflopen. Zorg dus ook voor een eigen communicatie-offensief. Wees als merk dus zelf het medium. Slecht nieuws moet je sowieso altijd zelf als eerste willen brengen, want dan doe je zelf de framing van jouw eigen verhaal en toon je leiderschap.

Gebruik dus de eigen mediakanalen om de stakeholders te informeren over de situatie. Het eigen contentplatform en de vrije publiciteit kunnen daarbij worden ingezet, maar ook de keuze voor het vertellen van jouw verhaal bij een ander programma is soms het overwegen waard.

 

Over de auteur

Frank Peters is oprichter en eigenaar van VIRTUS Communications, strategisch adviesbureau dat zich richt op het bouwen en beschermen van reputaties. Daarvoor gaf hij bijna 19 jaar leiding aan de Nederlandse vestiging van het internationale PR-netwerk Porter Novelli. Sinds 2004 zit Frank Peters in de Raad van Advies van SWOCC en heeft hier in snel tempo een centrale rol verkregen.

Mail mij 1x per maand een update over merken, marketing en communicatie

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.